Toggle thick letters. Most people make the mistake of thickening thin letters in the words that have other (highlighted) thick letter |  Toggle to highlight thick letters خصضغطقظ رَ   | 
 
 
   Waylun Lilmuţaffifīna 
  
     
    | 083-001 Wee over hen, die de maat of het gewicht vervalschen!
 | 
   وَيْل ٌ لِلْمُطَفِّفِينَ | 
 
 
   Al-Ladhīna 'Idhā Aktālū `Alá An-Nāsi Yastawfūna 
  
     
    | 083-002 Die, als zij van anderen koopen eene volle maat verlangen,
 | 
   الَّذِينَ إِذَا اكْتَالُوا عَلَى النَّاسِ يَسْتَوْفُونَ | 
 
 
    Wa 'Idhā Kālūhum 'Aw Wazanūhum Yukhsirūna 
  
     
    | 083-003 Maar die bedriegen als zij voor anderen meten of wegen.
 | 
   وَإِذَا كَالُوهُمْ أَوْ وَزَنُوهُمْ يُخْسِرُونَ | 
 
 
   'Alā Yažunnu 'Ūla'ika 'Annahum Mab`ūthūna 
  
     
    | 083-004 Weten zij niet, dat zij eens zullen worden opgewekt
 | 
   أَلاَ يَظُنُّ أُولَئِكَ أَنَّهُمْ مَبْعُوثُونَ | 
 
 
   Liyawmin `Ažīmin 
  
     
    | 083-005 Op den grooten dag;
 | 
   لِيَوْمٍ عَظِيمٍ | 
 
 
   Yawma Yaqūmu An-Nāsu Lirabbi Al-`Ālamīna 
  
     
    | 083-006 Den dag waarop de mensch voor den Heer van alle schepselen zal staan? Volstrekt niet.
 | 
   يَوْمَ يَقُومُ النَّاسُ لِرَبِّ الْعَالَمِينَ | 
 
 
   Kallā 'Inna Kitāba Al-Fujjāri Lafī Sijjīnin 
  
     
    | 083-007 Waarlijk, het register van de zondaren is zekerlijk in Sidjîn.
 | 
   كَلاَّ إِنَّ كِتَابَ الفُجَّارِ لَفِي سِجِّينٍ | 
 
 
    Wa Mā 'Adrāka Mā Sijjīnun 
  
     
    | 083-008 En wat zal u doen begrijpen, wat Sidjîn is?
 | 
   وَمَا أَدْرَاكَ مَا سِجِّينٌ | 
 
 
   Kitābun Marqūmun 
  
     
    | 083-009 Het is een duidelijk geschreven boek.
 | 
   كِتَابٌ مَرْقُومٌ | 
 
 
   Waylun Yawma'idhin Lilmukadhdhibīna 
  
     
    | 083-010 Wee op dien dag over hen, die de profeten van bedrog hebben beschuldigd.
 | 
   وَيْلٌ يَوْمَئِذٍ لِلْمُكَذِّبِينَ | 
 
 
   Al-Ladhīna Yukadhdhibūna Biyawmi Ad-Dīni 
  
     
    | 083-011 Die den dag des oordeels als een valschheid loochenen!
 | 
   الَّذِينَ يُكَذِّبُونَ بِيَوْمِ الدِّينِ | 
 
 
    Wa Mā Yukadhdhibu Bihi~ 'Illā Kullu Mu`tadin 'Athīmin 
  
     
    | 083-012 Niemand loochent dien als eene valschheid, behalve de zondaar en de schuldige;
 | 
   وَمَا يُكَذِّبُ بِهِ~ِ إلاَّ كُلُّ مُعْتَدٍ أَثِيمٍ | 
 
 
   'Idhā Tutlá `Alayhi 'Āyātunā Qāla 'Asāţīru Al-'Awwalīna 
  
     
    | 083-013 Die, als hun onze teekenen worden herinnerd, zeggen: Dit zijn fabelen van de ouden.
 | 
   إِذَا تُتْلَى عَلَيْهِ آيَاتُنَا قَالَ أَسَاطِيرُ الأَوَّلِينَ | 
 
 
   Kallā ۖ Bal ۜ Rāna `Alá Qulūbihim Mā Kānū Yaksibūna   
  
     
    | 083-014 Volstrekt niet.--Maar hunne lusten hebben veeleer een sluier over hunne harten geworpen.
 | 
   كَلاَّ ۖ بَلْ ۜ رَانَ عَلَى قُلُوبِهِمْ مَا كَانُوا يَكْسِبُونَ   | 
 
 
   Kallā 'Innahum `An Rabbihim Yawma'idhin Lamaĥjūbūna 
  
     
    | 083-015 Volstrekt niet. Dien dag zullen zij van hunnen Heer zijn uitgesloten;
 | 
   كَلاَّ إِنَّهُمْ عَنْ رَبِّهِمْ يَوْمَئِذٍ لَمَحْجُوبُونَ | 
 
 
   Thumma 'Innahum Laşālū Al-Jaĥīmi 
  
     
    | 083-016 En zij zullen in de hel worden gezonden, om verbrand te worden.
 | 
   ثُمَّ إِنَّهُمْ لَصَالُوا الْجَحِيمِ | 
 
 
   Thumma Yuqālu Hādhā Al-Ladhī Kuntum Bihi Tukadhdhibūna 
  
     
    | 083-017 Dan zullen de wachters der hel tot hen zeggen: Dit is, wat gij als een valschheid hebt geloochend.
 | 
   ثُمَّ يُقَالُ هَذَا الَّذِي كُنتُمْ بِهِ تُكَذِّبُونَ | 
 
 
   Kallā 'Inna Kitāba Al-'Abrāri Lafī `Illīyīna 
  
     
    | 083-018 Waarlijk, het register van de daden der rechtvaardigen is Illioen.
 | 
   كَلاَّ إِنَّ كِتَابَ الأَبْرَارِ لَفِي عِلِّيِّينَ | 
 
 
    Wa Mā 'Adrāka Mā `Illīyūna 
  
     
    | 083-019 En wat zal u doen begrijpen wat Illioen is.
 | 
   وَمَا أَدْرَاكَ مَا عِلِّيُّونَ | 
 
 
   Kitābun Marqūmun 
  
     
    | 083-020 Het is een duidelijk geschreven boek.
 | 
   كِتَابٌ مَرْقُومٌ | 
 
 
   Yash/haduhu Al-Muqarrabūna 
  
     
    | 083-021 Zij, die God naderen zijn getuigen daarvan.
 | 
   يَشْهَدُهُ الْمُقَرَّبُونَ | 
 
 
   'Inna Al-'Abrāra Lafī Na`īmin 
  
     
    | 083-022 Waarlijk, de rechtvaardigen zullen te midden van genoegens wonen.
 | 
   إِنَّ الأَبْرَارَ لَفِي نَعِيمٍ | 
 
 
   `Alá Al-'Arā'iki Yanžurūna 
  
     
    | 083-023 Op zetels (uitgestrekt), zullen zij voorwerpen van genoegens aanschouwen.
 | 
   عَلَى الأَرَائِكِ يَنظُرُونَ | 
 
 
   Ta`rifu Fī Wujūhihim Nađrata An-Na`īmi 
  
     
    | 083-024 Gij zult den glans der vreugde op hunne aangezichten zien.
 | 
   تَعْرِفُ فِي وُجُوهِهِمْ نَضْرَةَ النَّعِيمِ | 
 
 
   Yusqawna Min Raĥīqin Makhtūmin 
  
     
    | 083-025 Men zal hun zuiveren (keurigen) wijn te drinken geven, die gezegeld zal zijn.
 | 
   يُسْقَوْنَ مِنْ رَحِيقٍ مَخْتُومٍ | 
 
 
   Khitāmuhu Miskun ۚ Wa Fī Dhālika Falyatanāfasi Al-Mutanāfisūna  
  
     
    | 083-026 Het zegel zal van muskus wezen. Laat dus hen die trachten deze gelukzaligheid te verkrijgen, streven haar te verdienen.
 | 
   خِتَامُهُ مِسْكٌ ۚ وَفِي ذَلِكَ فَلْيَتَنَافَسِ الْمُتَنَافِسُونَ  | 
 
 
    Wa Mizājuhu Min Tasnīmin 
  
     
    | 083-027 En het daarmede gemengde water zal van Tasnim zijn;
 | 
   وَمِزَاجُهُ مِنْ تَسْنِيمٍ | 
 
 
   `Aynāan Yashrabu Bihā Al-Muqarrabūna 
  
     
    | 083-028 Eene fontein waarvan degenen zullen drinken, die de goddelijke tegenwoordigheid nabij komen.
 | 
   عَيْنا ً يَشْرَبُ بِهَا الْمُقَرَّبُونَ | 
 
 
   'Inna Al-Ladhīna 'Ajramū Kānū Mina Al-Ladhīna 'Āmanū Yađĥakūna 
  
     
    | 083-029 Zij die zondig handelen, bespotten de ware geloovigen.
 | 
   إِنَّ الَّذِينَ أَجْرَمُوا كَانُوا مِنَ الَّذِينَ آمَنُوا يَضْحَكُونَ | 
 
 
    Wa 'Idhā Marrū Bihim Yataghāmazūna 
  
     
    | 083-030 Als zij hen voorbij gaan, wenken zij elkander toe.
 | 
   وَإِذَا مَرُّوا بِهِمْ يَتَغَامَزُونَ | 
 
 
    Wa 'Idhā Anqalabū 'Ilá 'Ahlihimu Anqalabū Fakihīna 
  
     
    | 083-031 En als zij tot hun volk wederkeeren, komen zij terug, terwijl zij spottende gebaren maken.
 | 
   وَإِذَا انقَلَبُوا إِلَى أَهْلِهِمُ انقَلَبُوا فَكِهِينَ | 
 
 
    Wa 'Idhā Ra'awhum Qālū 'Inna Hā'uulā' Lađāllūna 
  
     
    | 083-032 En als zij hen zien, zeggen zij: Waarlijk, deze zijn verdoolde menschen.
 | 
   وَإِذَا رَأَوْهُمْ قَالُوا إِنَّ هَاؤُلاَء لَضَالُّونَ | 
 
 
    Wa Mā 'Ursilū `Alayhim Ĥāfižīna 
  
     
    | 083-033 Maar zij zijn niet gezonden om over hen te waken,
 | 
   وَمَا أُرْسِلُوا عَلَيْهِمْ حَافِظِينَ | 
 
 
   Fālyawma Al-Ladhīna 'Āmanū Mina Al-Kuffāri Yađĥakūna 
  
     
    | 083-034 Daarom zullen ware geloovigen eens de ongeloovigen bespotten;
 | 
   فَالْيَوْمَ الَّذِينَ آمَنُوا مِنَ الْكُفَّارِ يَضْحَكُونَ | 
 
 
   `Alá Al-'Arā'iki Yanžurūna 
  
     
    | 083-035 Op zetels liggende, zullen zij op hen in de hel nederzien.
 | 
   عَلَى الأَرَائِكِ يَنظُرُونَ | 
 
 
   Hal Thūwiba Al-Kuffāru Mā Kānū Yaf`alūna 
  
     
    | 083-036 Zal den ongeloovigen niet vergolden worden hetgeen zij hebben gedaan?
 | 
   هَلْ ثُوِّبَ الْكُفَّارُ مَا كَانُوا يَفْعَلُونَ | 
 
  | Toggle thick letters. Most people make the mistake of thickening thin letters in the words that have other (highlighted) thick letter |  Toggle to highlight thick letters خصضغطقظ رَ  |